Open archeologie dag Colijnsplaat
13/10/2018
Telegraaf
Duikersgroep puzzelt in verdronken stad
door Mieke van der Jagt. zaterdag 04 aug
ustus 2007 | 09:28
COLIJNSPLAAT - ,,Niemand kan ons vertellen hoe het geweest is rond het jaar nul, maar stukje bij beetje komen we er misschien wel achter hoe het er heeft uitgezien. Moeizaam leggen we stukjes van de geschiedenis bloot
Aan het woord is Urbain Sterkendries uit Kinrooi in Belgisch Limburg. Hij is al meer dan tien jaar aan het duiken bij de Vuilbaard
“Als we die stukjes ooit allemaal aan elkaar kunnen passen, weten we meer van de mensen die leefden in een nederzetting bij een tempel waar in de Romeinse tijd de godin Nehalennia vereerd werd. Wellicht gaan we ook meer leren over de zeevaart in die tijd, want op minstens 25 meter diepte in de Oosterschelde moeten ook de resten van een haven liggen
De Vuilbaard is de plaats waar vissers rond 1970 het ene na het andere aan Nehalennia gewijde altaar opvisten.
Door een tentoonstelling werd Sterkendries door de oudheidkundige vondsten gegrepen, en hij vroeg een vergunning aan om de site bij De Vuibaard in kaart te mogen brengen.
,,Ik dook hier in Colijnsplaat al jaren, maar je raakt uitgekeken op de visjes. Duiken met een onderzoeksdoel, is nog stukken leuker dan gewoon duiken
Dat het twee jaar duurde voordat de vergunning verleend werd, verbaasde Sterkendries toen nog wel, maar nu niet meer
Er is overal onder water zo veel geroofd, dat de overheid begrijpelijkerwijs kopschuw is geworden. Wij duiken onder de paraplu van de Archeologische Werkgemeenschap Nederland en in het bijzonder onder die van de onderwaterwergroep.
Dat doen we volgens de regels van het spel. Wat we mee naar boven nemen, is openbaar bezit. Een mooi bronzen schaaltje, zegt niets bij mij thuis in de kast. Het staat nu in het Nehalenniatempeltje hier in Colijnsplaat
Schatzoeken is voor de groep van tien duikers, allemaal uit Belgisch Limburg, geen prioriteit. Sterkendries “Nummer één is het duiken, nummer twee de archeologie, al wordt dat belangrijker naarmate je meer te weten komt
Inmiddels hebben we zo’n 1300 duiken gedaan bij de Vuilbaard, en een klein deel in kaart gebracht.
Je kunt maar een halfuurtje tussen eb en vloed beneden blijven. Dan alleen nog bij rustig weer en het zicht varieert van tien centimeter tot hooguit anderhalve meter. Met die beperkingen moeten we een gebied van enkele hectaren in kaart brengen, maar we zijn toch al behoorlijk wat wijzer geworden. Waar de tempel was, wisten we al van de vissers maar nu denken we ook de plaats van de nederzetting te hebben gevonden. Het moet nog een flinke bedoening zijn geweest, want het was een doorvoerhaven van ver in het binnenland tot aan de Britse eilanden en Scandinavië." Aan de opvatting dat het hele zaakje bij een stormvloed in het water moet zijn gestort, twijfelt de groep duikers inmiddels. ,,Het lijkt erop dat het erin is geschoven. De Vuilbaard zakt overigens nog steeds verder weg. Dat maakt dat het zand op de site zich ophoopt. Gelukkig heeft de groep Nehallenia (de juist gespelde naam was als domeinnaam al weg) een vergunning voor een zandzuiger
Die hebben we zelf aangeschaft en opgeknapt, net als dit schip. De Wasser Schutz 1, een voormalig DDR- patrouilleschip is helemaal aangepast aan het onderzoekswerk dat de groep in de Zeeuwse wateren doet. Behalve bij Vuilbaard doet de groep ook onderzoek voor de kust van Domburg, waar in de negentiende eeuw Nehalennia-votiefstenen zijn gevonden.
Voor een Europees project duikt de groep naar zeventiende eeuwse wrakken bij De Banjaard.
Een stukje uit de P.Z.C
NCRV aan boord in 2006 Met Ernst Daniel Smit
VRT aan boord 2003